Engie Nijmegen
Op dit moment wordt het restant van de energiecentrale aan de Hollandiaweg 11 in Nijmegen gesloopt. De sloop gebeurt in een aantal stappen. Alle stappen worden met verschillende instanties, waaronder de ODRN, doorgesproken omdat er wordt gewerkt met explosieven. Het bedrijf Engie verzorgt de communicatie met de omgeving om iedereen op de hoogte te houden van alle stappen.
Heeft u vragen over dit dossier?
Omgevingsdienst Regio Nijmegen
Postbus 1603
6501 BP Nijmegen
De ODRN heeft een controlerende rol bij de sloop van de Energiecentrale. Op het gebied van stof, geluid, trillingen en veiligheid rondom de sloopplaats houdt de ODRN toezicht op de uitvoering. Waar dat nodig is gebeurt dat ook in overleg met andere toezichthoudende instanties. De ODRN voert deze taak uit in opdracht van de provincie Gelderland.
De sloop wordt gedaan met explosieven op meerdere momenten. De grote gebouwdelen worden met explosieven zodanig verkleind dat ze verder vanaf het maaiveld verder verwerkt kunnen worden.
In Nederland komt sloop met explosieven niet zo vaak meer voor. Daarom is een van de voorwaarden dat vooraf bij elk explosiemoment in een commissie alles goed wordt doorgenomen en dat van alle betrokken instanties toestemming nodig is. Pas daarna kon het bedrijf van start gaan.
Laatste stand van zaken blowdowns
De laatste blowdown was op 7 oktober 2022 waarbij de turbinehalvloer, het ketelhuis en de DeNox-installatie zijn neergehaald. Omdat er bij de tweede blowdown veel stof was neergekomen in de naastgelegen bewoonde gebieden, is er strikt toegezien op het moment van uitvoeren van de derde blowdown. Er zijn extra eisen gesteld aan het tegengaan van stof en er zijn metingen uitgevoerd van het stof, door het bedrijf zelf en door ODRN en ODRA.
Door de extra eisen is de stofverspreiding bij de laatste blowdown beperkt gebleven tot de slooplocatie en het gebied ten noorden daarvan. Er zijn dit keer dan ook geen klachten van omwonenden ontvangen.
De stoffen in de stofwolk zijn tijdens de blowdown en kort daarna gemeten. In het stof zijn naast fijn stof ook zware metalen, koolwaterstoffen, dioxines en PCB’s gemeten. Het effect op lucht, water en bodem is daarom beoordeeld in samenwerking met GGD, provincie, Nijmegen, Beuningen, Rijkswaterstaat, Waterschap Rivierenland en de Arbeidsinspectie. Het aspect water valt onder de bevoegdheid van Rijkswaterstaat en wordt door hen opgepakt. Voor de luchtkwaliteit is beoordeeld dat er geen serieuze (gezondheid)risico’s voor de omgeving zijn of waren. De GGD heeft eenzelfde conclusie getrokken. Omdat de stof wel is neergeslagen op de bodem, wordt het effect voor de bodem nog onderzocht.
Engie legt het proces van slopen uit op haar eigen website www.centralegelderland.nl.